RK kerk H Agatha - Koepelkerk hoofdorgel
In gebruik
Foto: Flip Veldmans
Breestraat 101
Beverwijk

Gemeente Beverwijk
Noord-Holland

(Kerk)gebouw

De Sint Agathakapel (zie daar) werd rond 885 gebouwd en toegewijd aan de H. Agatha, die volgens de legende een meisje wonderbaarlijk redde. De kapel werd een bedevaartskerk. Beverwijk werd in die jaren Beêvaartswijk genoemd en ook wel Sint-Aagtenkerke en Agathenkyrica.
Tijdens de Successieoorlog in 1203 brandde de kapel af, maar kort hierna werd op dezelfde plek een tufstenen kerk in Romaanse stijl gebouwd.
In 1400 werd toestemming gegeven het bestaande gebouw te vervangen door een nieuwe gotische driebeukige hallenkerk met houten gewelven, compleet met toren (zie ook: Ned Hervormde Grote kerk).
In 1573 werd door de Staten van Holland de katholieke eredienst verboden en kwam de inmiddels verwoeste Agathakerk in 1576 in protestantse handen.
Aan het begin van de 17e eeuw werd een klein katholiek schuilkerkje "De Vogelsanck" gebouwd (zie daar).
Toen de katholieke eredienst aan het eind van de 18de eeuw niet langer verboden was, zou het nog tot 1840 duren voordat aan de Peperstraat een nieuwe kerk gebouwd werd ter vervanging van een schuilkerk (zie daar).
In 1840/41 werd aan de Peperstraat een nieuwe Agathakerk gebouwd ter vervanging van de schuilkerk (zie daar).
Omdat de kerk te klein werd, is deze in 1924 vervangen door de huidige koepelkerk naar ontwerp van de architecten Joseph Th.J. Cuijpers en zijn zoon Pierre in de Breestraat. De bouwmethode is expressionistische centraalbouw met invloeden uit de byzantijnse en de vroegchristelijke architectuur. De kerk wordt gevormd door een grote achtzijdige hoofdkoepel met daaromheen een krans van straalkapellen, acht kleinere koepels, vier zijn er groter en vier kleinere. De vier grotere koepeltjes bevatten zijkapellen. De kapellen zijn ter breedte van een van de acht zijdes en bevinden zich op de hoofdassen van de kerk. De vier kapellen sluiten telkens twee kleinere kapellen in.
De kerk werd in 1924 ingewijd.
Het hoofdaltaar, de gebrandschilderde ramen, de mozaïeken, de kruiswegstaties en de kandelaars zijn in 1925 ontworpen door Lambert T.C. Lourijsen uit Haarlem. De preekstoel is ook van zijn hand, maar dan in 1931. Zeer bijzonder is het oude Mariabeeld met kind, staande op een maansikkel. Het beeld is vroeg 16e-eeuws en komt waarschijnlijk uit de Nederlands Hervormde kerk uit Beverwijk.
De koepel wordt gedragen door een ring van gewapend beton, deze ring heeft aan de bovenzijde een bloktandlijst en wordt gedragen door acht gepolijste granieten zuilen. De zuilen zijn verder versierd met geometrische natuurstenen kapitelen. Tussen de zuilen zijn paraboolvormige scheidingsbogen geplaatst. De gewelfzwikken zijn versierd met muizetandfriezen die over de schalken doorlopen.
Aan de oostzijde van de kerk bevindt zich het priesterkoor. In het priesterkoor ligt een rode tegelvloer met daarin zwarte en witte tegels, deze tegels zijn in kruisvormen gelegd. De vloer, inclusief de ingelegde kruisvormen van afwijkende kleuren, is origineel. De vloer loopt door naar de Mariakapel en doopkapel. Tevens zijn de drie kapellen voorzien van marmeren lambrisering, neo-Byzantijnse mozaïeken en ovale glas-in-loodramen.
De in de Tweede Wereldoorlog door de bezetter gestolen klokken, werden in 1948 vervangen door nieuwe exemplaren.
De hoofdkoepel is in 1958 verhoogd met een uivormige spits met torenkruis. Deze is ter vervanging gekomen van een paraboolvormige bekroning met een lantaarn.
In samenwerking met de Stichting Vrienden van de Beiaard is in 1958 een 46 klokken groot carillon in de kerk geplaatst.
In 1965 is het ontwerp aangepast omdat het altaar op een verhoging onder de hoofdkoepel werd geplaatst. Dat jaar zijn ook de kerkbanken vernieuwd.
De Sint Agathakerk is sinds 27 juni 1995 aangewezen als rijksmonument en op 15 september dat jaar als zodanig ingeschreven.
De kerk is gerestaureerd in het kader van de regeling kanjermonumenten van 2001 tot 2003. Vanwege de monumentale waarde van deze kerk kwam het behoud van de Onze Lieve Vrouw van Goede Raadkerk in de gevarenzone. Per 1 oktober 2010 heeft de parochie van Beverwijk dan ook besloten de Onze Lieve Vrouw van Goede Raadkerk te onttrekken aan de erediensten.
In 2003 kwam een ingrijpende restauratie en renovatie gereed. Het gebouw is gereed gemaakt voor multi-cultureel gebruik. Het middenaltaar is verplaatst en bijna alle banken zijn vervangen door stoelen. Alleen vooraan zijn nog enkele banken aanwezig. De kerk heeft ook vloerverwarming gekregen. Bij het liturgisch centrum staat nu ook een koororgel (zie daar).
De kerk is op 26 oktober 2003 opnieuw ingewijd.

Bronvermelding van het (kerk)gebouw

Boeken
Geen informatie aanwezig
Tijdschriften en andere uitgaves
Geen informatie aanwezig

Hoofdorgel

Orgel locaties

Naam gebouw Plaats Periode
RK kerk H Agatha - Koepelkerk hoofdorgel Beverwijk -

Orgelhistorie

b: Johannes Josephus Mitterreither 1787 voor AMSTERDAM RK kerk - Schuilkerk De Star aan de Spinhuisstraat hoek het Rusland; M I:
r: L. van den Brink, Amsterdam 1816; voorzien van een bescheiden Positief
o: AMSTERDAM Nieuwe kerk De Star ± 1840
o: ± 1880
o: AMSTERDAM RK kerk - Vredeskerk ± 1920; Pn II vp:
b: Fa. B. Pels & Zn., Alkmaar 1924; het pedaal bestond uit twee transmissies
In juni 1924 is het orgel ingewijd
r: Fa. B. Pels & Zn., Alkmaar 1929; Woudfluit 2 geleverd
r: Fa. B. Pels & Zn., Alkmaar 1955; restauratie waarbij de dispositie is gewijzigd: Bourdon 16 van Manuaal I werd vervangen door een Quint 2 2/3, Op II werden de Aeoline en de Vox Caelestis vervangen door een Prestant 4 en een Quint 1 1/3. De Bourdon 16 werd als zelfstandige Subbas op het pedaal geplaatst
- Het orgel verkeert inmiddels al enkele jaren in onbespeelbare staat. Vanwege de hoge kosten is een restauratie voorlopig niet aan de orde (stand 2016)

Dispositie

1924 (Pels):
Manuaal I
Bourdon 16, Prestant 8, Viola di Gamba 8, Holpijp 8, Octaaf 4, Roerfluit 4, Octaaf 2, Mixtuur III, Trompet 8
Manuaal II
Salicionaal 8, Bourdon 8, Aeoline 8, Vox Caelestis 8, Fluit 4, Basson-Hobo 8.
Pedaal
Subbas 16 (tr. I), Cello 8 (tr. I)
 
1955 (Pels):
Manuaal I
Prestant 8, Vioolcello 8, Holpijp 8, Octaaf 4, Roerfluit 4, Quint 2 2/3, Octaaf 2, Mixtuur III, Trompet 8
Manuaal II (in zwelkast)
Salicionaal 8, Bourdon 8, Prestant 4, Fluit 4, Piccolo 2, Quint 1 1/3, Hobo 8, Tremolo
Pedaal
Subbas 16, Cello 8 (tr.)
Koppelingen: Manuaal I - Manuaal II, Manuaal I - Manuaal II 4, Manuaal I - Manuaal II 16, Pedaal - Manuaal I, Pedaal - Manuaal II.
Speelhulpen: 4 vaste combinaties (p - mf - f - tutti)
Foto: Anton van Daal

Bronvermelding van het hoofdorgel

Boeken
-
Tijdschriften en andere uitgaves
contactbrief voor kerkenverzamelaars 51(2004)28, 56(2006)30
het Orgel 1(1979)15
Laatste update: 2018-05-20 11:48:27