RK kerk - Basiliek Onze Lieve Vrouw ten Hemelopneming hoofdorgel
In gebruik
Foto: Flip Veldmans
Onze Lieve Vrouweplein 9
Maastricht

Gemeente Maastricht
Limburg

(Kerk)gebouw

Romaanse kerk toegewijd aan Onze Lieve Vrouw Tenhemelopneming.
Van 383 tot 722 Kathedrale kerk van het bisdom Maastricht.
Bisschop Notgerus van Luik (970-1008) heeft een kapittel in de kerk gevestigd met 20 kanunniken. ± 990 begonnen Kanunniken hier de dagelijke getijden te bidden.
Van 800 of 900 (± 1000 tot 1018) bouw van het massale westfront. De kolenzandsteen waaruit het gebouw is opgetrokken was afkomstig uit een groeve in de buurt van de Maasstad. De torentjes aan weerszijden zijn traptorentjes, zij werden net als het middendeel in de 12e eeuw verhoogd.
Het schip en koor dateren uit de 12e eeuw.
De kerk is een kruiskerk. Tegenover het priesterkoor in het oosten een westkoor. De westbouw is toegewijd aan St Nicolaas.
De kerk is driebeukig, mooi voorbeeld van de latere Romaanse bouwstijl. Het hoge oostelijke koor is aan dat kapittel te danken. Het westkoor zal voor de parochie bestemd zijn geweest.
Twee crypten: oostelijke onder de kruising uit de 12e eeuw, de kleine venters op straatniveau brengen licht in de crypte die deels onder de grond is gelegen. Erboven een driebeukig westkoor, dat iets hoger ligt dan het vloerniveau van het schip van de kerk.
De zaal erboven was wellicht ooit in gebruik als vergaderzaal van het kapittel, dat onder de bisschop van Luik viel.
De crypte onder het priesterkoor draagt haar gewelf door middel van drie rijen kolommen.
De crypte stortte in 1018 in. Hier rustte tot 1956 het stoffelijk overschot van Elisabeth Strouven.
Links tegen het front ligt de kapel die als toegang tot de kerk dient.
Er zijn drie vleugels van de omgang in gothieke stijl gebouwd.
Het schip is in de 12e/13e eeuw vernieuwd.
In 1342 kwam voor de parochie een aparte kerk toegewijd aan St Nicolaas.
Het pandhof met overwelfde kruisgang is in 16e eeuw bijgebouwd.
Tot de Franse Revolutie was de kerk de officiële stadskerk van Maastricht.
De Franse Revolutie vorderde de kerk voor militaire doeleinden. De kerkmeubelen en het orgels verhuisden naar de St Nicolaaskerk.
Koperen doopvont uit de 15e eeuw van kopergieter Aert van Tricht.
De kruisgangen werden in 1558/59 gebouwd.
Op 7 september 1650 waren in de kerk aanwezig: een positief, een regaal, een groot en een klein orgel.
Het orgel uit 1652 werd geplaatst op een nieuw houten oxaal, dat in 1900 werd gesloopt.
De gewelven van de kerk werden in 1735 door Gilles Doyen gelegd. Zijbeuken met hoge en lage gewelven, Half-koepelgewelf gecombineerd met een tongewelf. De transepten hebben ieder drie traveeën met gotische ribbengewelven.
Prachtige gesneden eiken preekstoel uit 1721.
In de tachtigjarige oorlog hadden de kanunniken van Onze Lieve Vrouw nog juist kans om hun belangrijkste kostbaarheden in Luik in veiligheid te stellen.
In 1798 werd het kapittel ontbonden en de kerk op last van de Fransen gesloten. Het gebouw werd een kanonnensmederij.
Alle klokken zijn geroofd behalve de 4000 kg wegende grandmére en een tweede minder zware klok. Deze laatste is later aan de St Matthiaskerk geschonken.
In 1816 grote brand in de Onze Lieve Vrouwekerk: nog altijd militair tuighuis en buskruit-magazijn.
De kanunniken van het kapittel van Onze Lieve Vrouw die toen nog in leven waren, hebben in 1817 alle relikwiën overgedragen aan de St Nicolaaskerk.
De RK kerk H Nicolaas is in 1837 ontruimt en afgebroken wegens bouwvalligheid en de oude Onze Lieve Vrouwekerk teruggekocht van de Staat.
Het Genadebeeld van Onze Lieve Vrouw Sterre der Zee is in 1837 uit de St Nicolaaskerk naar deze voormalige kapittelkerk overgebracht. Dit beeld had oorspronkelijk gestaan in de Minderbroederskerk op de Pietersstraat, later in de tweede Minderbroederskerk op de Tongersestraat en van 1638 tot 1676 bij de Minderbroeders te Tongeren.
Het beeld werd in de Franse tijd aan de St Nicolaaskerk geschonken.
Vijf biechtstoelen uit de 18e eeuw uit de voormalige Jesuitenkerk (nu schouwburg).
In 1900 werd een het stenen gewelf dat in de 17e eeuw was afgebroken om het oxaal voor het Séverin-orgel te kunnen aanbrengen, weer teruggebouwd. Het huidige oxaal rust op dit gewelf en kreeg een stenen balustruda voorzien van schilderingen, uitgevoerd naar plannen van architect Pierre Cuypers.
Dr P. Cuypers, die de kerk in 1902 restaureerde, noemde de absis met zijn rijke zuilenommegangen (12e eeuw) het mooiste Romaanse koor van West-Europa.
In 1905 is de Merodekapel ingericht als Sterre der Zee-kapel.
In 1912 is in opdracht van Paus Pius X door de bisschop van Roermond het Genadebeeld gekroond.
De kerk is in 1933 door Paus Pius XI op Tweede Paasdag tot basilica minor verheven. De reden was dat zich in deze cultureel en historisch belangrijke kerk het genadebeeld van Onze Lieve Vrouw Sterre der Zee bevindt waardoor er veel pelgrims naar Maastricht en naar deze kerk komen.
Het vroegere hoofdaltaar en de biechtstoelen zijn afkomstig uit de oude Jezuitenkerk.
In maart 1992 is een begin gemaakt met de algehele restauratie, die ongeveer 10 jaar duurde.
Men vermoedt in 1994 dat in een hoek van de pandhof (= tuin) van de basiliek de resten liggen van de eerste kerk van Nederland, een kerk die door bisschop Servaes gebruikt zou kunnen zijn. Het kerkbestuur heeft plannen opgravingen te laten doen.
Najaar 2005 is de Schatkamer van de Onze Lieve Vrouwebasiliek ingrijpend gerestaureerd..
De torens van de basiliek worden in 2013/14 gerestaureerd. De Barbaratoren en de Jozeftoren aan de Maaszijde verkeren in een slechte bouwkundige staat, met name als gevolg van weersinvloeden. Beide torens zijn onderdeel van de aanpassingen aan de kerk gedaan door architect Pierre Cuypers, tussen 1887 en 1917. De restauratie gaat binnen een half jaar van start en zal eind 2014 zijn afgerond.

Bronvermelding van het (kerk)gebouw

Boeken
Geen informatie aanwezig
Tijdschriften en andere uitgaves
Geen informatie aanwezig

Hoofdorgel

Orgel locaties

Naam gebouw Plaats Periode
RK kerk - Basiliek Onze Lieve Vrouw ten Hemelopneming hoofdorgel Maastricht -

Orgelhistorie

b:
r: Arnold Wagnon, Luik 1581
b: André Severijn, Luik 1650/52, orgelkas vervaardigd door broeder Eustachius, orde Minderbroeders, orgel met orgelluiken; M II vp: GO 14-Echowerk 4-Ped 3
r: Remigius Ancion, Hoei 1665; uitbreiding met een Positief met 9 registers (zelfstandig orgeltje ??)
o: MAASTRICHT H Nicolaaskerk 1798
o/r: Joseph Binvignat, Maastricht 1830; het bestaande Positief met 6 registers kwam in de kas van het Grand-Orgue als een soort Bovenwerk, en de dispositie werd gewijzigd, Basson-Hautbois toegevoegd, toonhoogte verhoogd tot a1 = 415 Hz., winddruk verhoogd en intonatie veranderd. Klavieromvang C D-f3; M III vp: GO 13-Pos 7-Echo 4-Ped 3
r: Fa. Merklin & Schütze, Brussel 1852;dispositie veranderd, Positif in een zwelkast, nieuw pedaal met 6 registers, klavieromvang GO en Pos C-g3, Echo c1-g3 (31 tonen) en Pédale 25 tonen
r: Pereboom & Leyser, Maastricht 1880; orgel verbouwd: het Echo kreeg een nieuw volledig klavier tot C groot. Het orgel stond tegen de torenmuur; M III vp: Hw 13-Echo 5-Zwelw 9-Ped 6
r: Fa. D.A. Flentrop, Zaandam 1961/63; orgel in meer oorspronkelijke staat teruggebracht, dispositie van Positif, Echo en Pédale vergroot; nieuw Rugwerk in een hedendaagse kast achter de balustrade (op last van Monumentenzorg); M III vp: GO 15-Pos 11-Echo 6-Ped 10
r: Fa. D.A. Flentrop, Zaandam 1967; uitbreiding
adviseur KKOR Hub Houët, Eindhoven, i.s.m. Jean Wolffs en Louis Toebosch
r: Flentrop Orgelbouw, Zaandam 1983/84; schilder- en verguldwerk door Masco Schilders; herziening van het orgel, nieuwe Rugwerkkas, de luiken zijn alleen aan de binnenzijde in een totaal afwijkende stijl gemaakt, waarvoor de ontwerper Patrick Creyghton, bewust gekozen heeft, correcties aan het bestaande werk uitgevoerd, oude toonhoogte hersteld, balansklavieren gewijzigd in staartklavieren, bestaande magazijnbalg bleef; M III vp: GO 15-Pos 10-Echo 6-Ped 6
adviseurs Jean Wolfs namens de KKOR en Onno B. Wiersma namens Monumentenzorg
- De werkzaamheden waren in juni 1984 voltooid
het orgel is op 15 augustus 1984 weer in gebruik genomen met een bespeling door de eigen organist Jean Wolfs

Dispositie

1652
Grand orgue
Echowerk
Bourdon 8, Prestant 4, Flageolet 2, Cromorne 8
 
1852 (Merklin & Schütze):
Hoofdwerk (II)
Bourdon 16, Montre 8, Bourdon 8, Viola di Gamba 8, Melophone 8, Prestant 4, Flûte 4, Nasard 2 2/3, Doublette 2, Fourniture III, Cornet V, Trompette 8 bas/discant, Clairon 4, 2 open plaatsen
Echo (I)
Salicionaal 8, Bourdon 8, Prestant 4, Fluit 4, Cromorne 8
Zwelwerk (III)
Bourdon 8, Quintatön 8, Salicionaal 8, Voix Céleste 8, Prestant 4, Flageolet 2, Basson 8 bas, Hautbois 8 discant, Voix Humaine 8
Pedaal
Montre 16, Soubasse 16, Flûte 8, Bombarde 16, Trompette 8, Clairon 4
 
1955 (Merklin & Schütze):
Hoofdwerk (II)
Bourdon 16, Montre 8, Bourdon 8, Viola di Gamba 8, Melophone 8, Prestant 4, Flûte 4, Nasard 2 2/3, Doublette 2, Fourniture III, Cornet V discant, Trompette 8 bas/discant, Clairon 4, 2 open plaatsen
Echowerk (I)
Salicionaal 8, Bourdon 8, Prestant 4, Flûte 4, Cromorne 8
Zwelwerk (III)
Bourdon 8, Quintatön 8, Salicionaal 8, Voix Céleste 8, Prestant 4, Flageolet 2, Basson 8 bas, Hautbois 8 discant
Pedaal
Montre 16, Soubasse 16, Flûte 8, Bourdon 8, Octave 4, Flageolet 2, Fourniture V, Bombarde 16, Trompette 8, Clairon 4
 
1963 (Merklin & Schütze/Flentrop):
Grand-Orgue (II) C-g3
Bourdon 16, Montre 8, Bourdon 8, Viola di Gamba 8, Prestant 4, Flute 4, Nasard 3, Doublette 2, Tierce 1 3/5, Cornet IV, Fourniture IV, Cymbale II, Trompette 8 bas/discant, Vox Humana 8, Clairon 4
Positif (I) C-g3
Bourdon 8, Quintadine 8, Prestant 4, Flute à Cheminée 4, Octave 2, Quart de Nasard 2, Larigot 1 1/3, Sesquialter II, Plein Jeu III, Cymbale II, Chalumeau 8, Cromorne 8
Echo (III) C-g3
Bourdon 8, Flute 4, Prestant 2, Flageolet 1, Cymbale I-II, Régale 8
Pédale C-f1
Montre 16, Soubasse 16, Flute 8, Bourdon 8, Octave 4, Flageolet 2, Fourniture V, Bombarde 16, Trompette 8, Chairon 4
Koppelingen: Grand Orgue –Positif, Pédale- Grand Orgue, Pédale- Positif
 
1975 (volgens Quaedvlieg):
Hoofdwerk
Bourdon 16, Montre 8, Bourdon 8, Viola di Gamba 8, Prestant 4, Flûte 4, Nasard 3, Doublette 2, Tierce 1 3/5, Fourniture IV, Cymbale II, Cornet IV, Trompette 8 bas/discant, Vox Humaine 8, Clairon 4
Positief
Bourdon 8, Quintadena 8, Prestant 4, Flûte a Cheminee 4, Octave 2, Quart de Nasard 2, Larigot 1 3/5, Plein jeu III, Cymbale II, Sesquialter II, Chalumeau 8, Cromorne 8
Echowerk
Bourdon 8, Flûte 4, Prestant 2, Flageolet 1, Cymbale I-II, Regale 8
Pedaal
Montre 16, Soubasse 16, Flûte 8, Bourdon 8, Octave 4, Flageolet 2, Fourniture V, Bombarde 16, Trompette 8, Clairon 4
 
1980
Hoofdwerk (II) C-g3
Bourdon 16, Montre 8, Bourdon 8, Viola di Gamba 8, Prestant 4, Flûte 4, Nasard 3, Doublette 2, Tierce 1 3/5, Cornet IV, Fourniture IV, Cymbale II, Trompette 8 bas/discant, Vox Humaine 8, Clairon 4
Positief (I) C-g3
Bourdon 8, Quintadene 8, Prestant 4, Flûte a Cheminee 4, Nasard 3, Quart de Nasard 2, Larigot 1 3/5, Plein jeu III, Cymbale II, Sesquialtera II, Chalumeau 8, Cromorne 8
Echowerk (III) C-g3
Bourdon 8, Flûte 4, Prestant 2, Flageolet 1, Cymbale I-II, Regale 8
Pédale C-f1
Montre 16, Soubasse 16, Flûte 8, Bourdon 8, Octave 4, Flageolet 2, Fourniture V, Bombarde 16, Trompette 8, Clairon 4
 
1984 (Merklin & Schütze/Flentrop):
Grand-Orgue (II) C-g3
Bourdon 16, Montre 8, Bourdon 8, Viola di Gamba 8, Prestant 4, Flûte 4, Nasard 3, Doublette 2, Tierce 1 3/5, Cornet IV discant vanaf cis1, Fourniture IV 1 1/3, Cymbale III 1/2, Trompette 8, Voix Humaine 8, Clairon 4
Positif (I) C-g3
Bourdon 8, Prestant 4, Flûte 4, Nasard 3, Doublette 2, Quarte de Nasard 2, Tierce 1 3/5, Fourniture III 1, Cymbale II 1/3, Cromorne 8
Echo (III) C-g3
Bourdon 8, Prestant 4, Doublette 2, Flageolet 1, Cornet III discant vanaf cis1, Chalumeau 8
Pédale C-f1
Soubasse 16, Flûte 8, Flûte 4, Bombarde 16, Trompette 8, Chairon 4
Accouplement: Positif-Grand Orgue (drukkoppel), Grand-orgue-Echo (trekkoppel), Tirasse Pédale-Grand Orgue, Tirasse Pédale-Positif,
Tramblant fort, Tramblant doux, Rossignol
Toonhoogte a1 = ± 392. Stemming naar Lambert Chaumont

Bronvermelding van het hoofdorgel

Boeken
Bouman, mr A.: Nederland Orgelland 53 afb III-9*, uitgave Spruyt, van Mantgem & de Does, Leiden 1964
Brouwer: orgelluiken in Ned 27 35 52 54 afb. 69* 65
Harst, Hans van der: langs nederlandse orgels IV 26 46 76*, uitgave Bosch & Keuning te Baarn
Quaedvlieg, G.M.I.: Kerkorgels in Limburg (1975)13 37; uitgave Provinciaal Comit‚ Limburg
Tijdschriften en andere uitgaves
200 jaren orgelbouw Vermeulen Kerkorgels 1730-1930
75 jaar FlentropOorgelbouw 37 58
contactbrief voor kerkenverzamelaars 28(1992)24, 31(1994)44, 43(2000)28, 44(2000)19, 55(2006)39
de Mixtuur 11(1973)212, 19(1976)386 388, 23(1977)498 503, 27(1979)675, 49(1985)776-777, 59(1988)396-397, 81(1995)45 46
de Orgelvriend 1(1976)6
gedenkboek Houët 130, het Noordbrabants Genootschap, 's Hertogenbosch 1980
het Orgel 6(1968)166* 169-171, 7/8(1984)300, 3(1985)118-119, 3(1986)79-85 (4 foto's)*, 6(1992)202
kerkepadgids (1980)49 78
orgelfestival Limburg (2003)11* 13* 39 57*
orgelnieuws Verschueren mei(1972)
Laatste update: 2018-08-27 15:29:09